Inleiding door Theo Beck op 1 mei 2009



“Sonja en Beatrijs


Deze tentoonstelling toont ons zowel oud als nieuw werk, de oudste werken dateren van 25 jaar gelden of zelfs ouder.

Beatrijs mengt haar ijzersmeedwerk met zilverwerk, waarvoor ze enkele jaren geleden een belangrijke prijs kreeg, en zeer kleine fragiele juwelen.
Ook haar grotere werken hebben die fragiliteit, dat brose, alsof metaal organisch wordt.

Sonja toont ons een zoektocht, met gebruik van diverse technieken gaat ze op zoek, op zoek naar haar zelf.
Zeker haar meer recente werken zijn een exploratie naar het innerlijke.
Diegene die Sonja kennen ervaren dit ook in haar schrijfsels, geen gedichten, geen proza maar uitingen van emoties.

Dit hebben de beide kunstenaars gemeen, zij willen via hun werk ons iets vertellen, geen afgelijnde boodschappen, geen slogans maar iets dieper, elk beeld verteld zijn verhaal. Soms een eigen verhaal, soms een link naar een volgende tekening, naar een volgend beeld als onderdeel van een groter geheel.

Ik ken beide dames reeds jaren, onze wegen kruisten zich, na de eerste zwarte zondag in Antwerpen.
We groepeerden ons en maakten kunst tegen ongelijkheid, voor een democratische samenleving met verwijzingen naar de gevolgen van het fascisme.
De groeps- en individuele tentoonstellingen in de galerij op de Paardenmarkt of bij Robert en Monique thuis waren de plaatsen waar we elkaar ontmoeten om uiting te geven aan onze ideeën en te protesteren tegen de verrechtsing van de samenleving.
De kunst moest onze samenleving veranderen.
Het is anders gelopen, de wereld is verzakelijkt, de kunst gecommercialiseerd, kunst is braver geworden, geësthetiseerd, behangpapier voor begoede burgers.
Gelukkig zijn er nog resten, overblijfselen uit de alternatieve circuits, overlevenden uit de tijd toen men nog droomde.
Sonja en Beatrijs zijn zulke artiesten, ze lieten zich niet verleiden door commercie, gallerijen of vluchtige trends. Zij zijn hun idealen trouw gebleven.

Ik hoop en gun beide artiesten hun droom, voor Beatrijs een groot beeld maken voor een of ander rond punt.
Voor Sonja dat een New-Yorkse galerij haar werk ontdekt.

Maar dan nog zullen ze blijven zoeken en blijven zoeken, blijven dromen want zoals Jaques Brel ooit zei “een goudzoeker die goud vindt is geen goudzoeker meer” of stoppen met dromen is de ultieme nachtmerrie.

Proficiat met jullie tentoonstelling en bedankt dat we eventjes getuigen mochten zijn van jullie zoektocht, eventjes diep in jullie ziel mochten kijken”.